vrijdag 11 april 2014

Over hardlopers v.s. traillopers en ultralopers v.s. ultratrailers

Over hardlopers v.s. traillopers en ultralopers v.s. ultratrailers.
Over hardlopers zullen de minste misverstanden zijn wat dit betekend: mensen die aan hardlopen doen in welke hoedanigheid dan ook. In wezen zijn we allemaal hardlopers: waar en hoe we ook lopen. Op een atletiekbaan, op de weg of in het bos of park. Allemaal delen we de passie voor het hardlopen om onze grenzen te verleggen; nieuwe uitdagingen aan te gaan of gewoon gezellig voor de gezondheid bezig te zijn.
Traillopers daarentegen zoeken de off-road paden op. Gruwen van asfalt en atletiekbanen. Het liefst dwalen ze door de bossen zonder route of wat dan ook. Heuvels en ook bergen zien zij als mooie uitdaging. Gelopen tijden doen minder ter zake. Een 30km trail in Fryslan is niet te vergelijken met dezelfde afstand in Zuid-Limburg  met al de heuvels. Het tijdsverschil kan zomaar 15 tot 30 minuten verschillen. Het wedstrijdaspect speelt minder bij de trailers. Het gaat om de beleving en het onderweg zijn.  
Trailroutes worden doorgaans aangegeven met pijltjes en linten waar bij een wegwedstrijd veel vrijwilligers onderweg de richting aangeven. Bij de wegwegstrijden heb je om de 5 tot 7 km een drinkpost met water en soms sportdrank. Als de afstand groter is wordt er iets van gezegd. De hardlopers pakken al hardlopend een bekertje water en proberen dit al hardlopend op te drinken. Bij de trails stoppen de lopers bij de verzorgingsposten om ‘rustig’ even wat te drinken, als ze al wat drinken want de meesten hebben een ‘camelbag’ met drinken op de rug. De verzorgingsposten bij de trails zijn meestal goed toeberust met eten. Winegums, dropjes, chips, koeken, fruit, er is van alles te krijgen.  De trailers nemen de tijd om zich te goed te doen aan al dat eten. Dat het tijd neemt wordt op de koop toegenomen. Een ander groot verschil is dat het zo af en toe lijkt dat bij trails verkeerd lopen erbij hoort. Iets van risico van het vak. Op de weg is het not done en wordt er geklaagd als een wedstrijd 500m langer is. Dit is inherent aan het feit dat hardlopers op de weg meer voor de prestatie gaan.

Dan nog het verschil tussen ultralopers en ultratrailers.
Ultra staat voor afstanden verder dan de marathonafstand van 42km. Naar mijn mening zit er een groot verschil ultralopen en ultratrails. Ultralopen hebben een paar geĆ«igende afstanden van 50km, 50mijl, 100km of 100mijl. Dit zijn afstanden die bij de ultratrails ook weer vaak voorkomen. Ultralopen kennen echter ook tijdlopen van 6, 12 of 24 uur. Deze ken je bij de trails niet. Bekende ultralopen in Nederland zijn b.v. de 100km van Winschoten en de 6 uur van Steenbergen. In Winschoten worden rondes van 10km gelopen. 6 uur lopen worden soms op een atletiekbaan gelopen. Na een uur wordt van richting gewisseld. Trailers zullen gruwen van dergelijke uitdagingen. Mentaal is het erg zwaar om dit te volbrengen maar wordt toch gedaan. Ultratrailers zoeken liever de uitdaging in de bergen. Ultra’s als de UTMB staat bij menig trailer bovenaan de bucketlist. Een wedstrijd van 100mijl rondom het Mont Blanc massief met 9600 hoogtemeters.
Naast overeenkomsten zijn er dus ook de nodige verschillen. De wedstrijden en trainingen verschillen nogal, maar je merkt het ook aan de lopers. De verschillende hardloopdisciplines vragen verschillende  competenties van de lopers. (ultra) hardlopers zijn meer bezig met zaken als hartslag en kilometertijden. (ultra) trailers rekenen meer in kilometers en graag met hoogtemeters. Waar hardlopers het liefst zo constant in snelheid lopen, bepaalt bij de trails het parcours het tempo.

Er valt veel meer te zeggen. Key is dat we met ons allen genieten van de sport; het hardlopen en daar een uitdaging in vinden. Voor de een de prestatie, voor de ander een uitlaatklep. Zo zijn er nog 101 redenen te bedenken om te hardlopen die een ieder voor zichzelf mag maken. Wat is de jouwe?

zondag 6 april 2014

Limburgs Zwaarste

Ditmaal Limburgs Zwaarste begin april. Reden hiervoor is de JKM die dit jaar mids april wordt gelopen. Qua schema zou de 60km beter zijn in de opbouw. Maar na vorig jaar de 60 te hebben gelopen nu mijn zinnen gezet op de 80km. Ik wilde de lus van 20km bij Epen om ook graag lopen. Dus in maart maar wat extra trainen en starten op de 80km. De trainingen waren dusdanig goed verlopen met een 3x50km als duurloop dat ik niet opzag tegen een 60. Dan is de 80 een mooie uitdaging toch.

Reeds de vrijdagmiddag met de camper naar het zuiden gereisd. Thuis nog even warm eten en dan op pad. Einde van de middag arriveer ik op sportpark Imstenrade waar Limburgs Zwaarste start. Een paar lopers die ook vroeg zijn zetten hun tentje op of parkeren hun camper naast de mijne.
Het is mooi weer en ik maak even een wandeling van een paar km door de omgeving. Alvast de eerste km van de route verkennen.
Een stel loopt een route en volgt de rode paaltjes. Ik informeer ze niet de rode lintjes te volgen wat dat is een route van 100km morgen. Na de wandeling eet ik een pannenkoek bij een restaurant/speelparadijs vlakbij.
Ik maak het niet laat en ga vroeg naar bed en zet de wekker op kwart voor vijf (naar ik meen). Morgen vroeg dag want de start is 6 uur. Start de Slachtemarathon al om half zeven; maar het is nu nog donker als we moeten starten. Ik slaap niet al te vast en op een gegeven moment hoor ik auto's van de eerste lopers arriveren en mensen praten. Het zal wel zo tegen vijf uur zijn schat ik, maar de wekker was nog niet gegaan. Toch maar even kijken. Is het toch bijna vijf uur. Wekker gezet op 5.45 blijkt. Ja, dat klopt dus niet. Normaal zet ik geen wekkers voor dit soort tijden; slaap ik. Voordeel van zo dicht bij de start staan met de camper is dat je je niet hoeft te haasten. Hoef alleen mijn startnummer op te halen. Verder rustig in de camper even omkleden, eten en voorbereiden. Op tijd loop ik naar de start om bekenden te begroeten en de hand te schudden. Iedereen heeft er zin in en er hangt een ontspannen sfeer.

Zes uur klinkt het startschot (of zoiets), de hoofdlampen gaan aan en we lopen het donkere bos in. Sommige lopers hebben een hoofdlamp met het licht van een bouwlamp. Hiermee is het pad goed te zien. Ik liep mede voorop en door de wandeling gisteren kende ik de route, dit was wel handig we eerste kilometers.

Na een twintig minuten begint het licht te worden en kunnen de hoofdlampen uit. De eerste groepjes vormen zich wat, maar vooraan in het veld waar ik loopt dunt het aardig uit. Met een mooi tempo bereiken we het eerste punt. Waar de anderen na een korte stop snel doorlopen pak ik mijn hoofdlamp en windjack op en stop deze in de rugzak hetgeen even tijd kost. Daarna weer verder voor de tweede etappe naar Vaals. Dit stuk haal ik alweer een paar man in. De Vaalserberg gaat wandelend omhoog. Dit is een steile klim die wat meer kracht kost. Na een korte stop verder naar het Vijlerbos de post bij het Hijgend Hert. 


Bij deze post start de lus van 20km bij Epen om. We lopen hieruit eerst naar het zuiden naar zo'n beetje het meest zuidelijke punt van Nederland. Hier door de weilanden is het voor ons even zoeken naar de juiste route. Dit kost wat tijd maar we lopen gelukkig niet verkeerd. Na de Geul te zijn gepasseerd is het weer klimmen naar het Bovenstebos.

Vanaf het Bovenstebos maken we een lus via Schweiberg (waar we even verkeerd lopen) weer naar Epen toe. Via Epen is het weer klimmen naar het Vijlerbos en het Hijgend Hert. Hier hebben we nu 54km gelopen. Verbazing is groot als Pascal van Norden komt aanlopen. Hij loopt blijkbaar de 60km, zijn drie uur later gestart. Ik heb nu dus iets van 5u21'gelopen over 54km. Pascal drie uur minder is 2u21 over 31km. tjee. Maar immer vrolijk groet Pascal een ieder en is weer vertrokken. 



Alleen loop ik weer verder. De km's beginnen te tellen in de zin van dat ik de benen begin te voelen. Toch weet ik het tempo nog wel te houden. Heuvelop ga ik wat vaker even een stukje wandelen. Beetje de krachten die over zijn verdelen over het laatste stuk. Zwaarste is nog de Eijserberg zo rond de 58km. Dit is nog een pittig stijl stukje omhoog. Bij de post op de Eijserberg neem ik even wat extra rust. Ik voel me een beetje licht in het hoofd en ga even liggen. Denk dat de bloeddruk in het hoofd wat te laag is. Alle bloed zit in de benen om deze op gang te houden.
Even drie minuten rusten, banaan en wat drinken naar binnen werken en dan maar weer verder. Nog een 10km tot de finish. De laatste km's zijn niet de moeilijkste meer. Nog een paar klimmetjes, maar het meeste is vals plat en goed te lopen. De laatste paar km is meer een verbindingsstuk naar de finish en gaat over de weg. Na 81,5km en 8u24 meld ik me af bij Willem en Annemarie in de sportkantine. Een 2e plaats op de 80km is mijn deel. Ieders prestatie telt hier bij Limburgs Zwaarste dus er zijn verder geen prijzen aan verbonden.
Daar ik nog een nachtje zou blijven en pas zondagmorgen weer naar huis zou gaan, had ik alle tijd om alle andere lopers bij hun binnenkomst te verwelkomen. Gezellig met alle andere hardlopers napraten over hun belevenissen van vandaag en wanneer we elkaar weer gaan treffen. De Bouilliannante en Koning van Spanje trail staan bij velen op de agenda. 
Zo rond 8 uur 's avonds komen de laatste lopers van de 100km binnen. Ook zij krijgen hun applaus bij binnenkomst. Zij zijn bijna 14 uur onderweg.  Als het rustig wordt in de kantine zoek ik de camper ook weer op. Ik eet nog wat maar zoek al snel mijn bed op. Het is mooi geweest. Een ervaring rijker.
Mooie herinnering

Schoenen zijn op.

PS.
1) op advies van de diƫtiste veel gelletjes genomen onderweg; meeste voor de pittige beklimmingen ingenomen. Dit is me wel goed bevallen. Verder bij de posten onderweg veelal cola met een stukje koek of banaan.
2) Conditie is wel goed. Tot de Mont Blanc Marathon verder gewoon onderhouden. Wel meer de focus op krachttraining en krachtuithoudingsvermogen. Dat mag en kan nog wel wat beter.